Gemeente Vlaardinger-Ambacht

                                                  (UIT STADSARCHIEF VAN VLAARDINGEN)

 


Als gemeente is Vlaardinger-Ambacht ontstaan in 1817 uit de samenvoeging van de heerlijkheden Vlaardinger-Ambacht en Babberspolder. In 1833 werden de heerlijke rechten door Vlaardinger-Ambacht van Vlaardingen afgekocht.
De opheffing van de gemeente Zouteveen en toevoeging aan de gemeente Vlaardinger-Ambacht vond plaats in 1855. Door het samengaan van Vlaardinger-Ambacht, Babberspolder en Zouteveen kwam er een einde aan de ingewikkelde vorm van bestuur van deze drie heerlijkheden.

Vlaardinger-Ambacht was vroeger een ambachtsheerlijkheid in het hoogheemraadschap van Delfland.  Het gebied was groter dan de huidige wijkkaart aangeeft en lag voor een groot deel  rondom Vlaardingen. De begrenzing  met Maasland liep door de Aalkeet-Polders en de Broekpolder. De noordgrens was bij de Holiërhoekse en de Zouteveense Polder. 

Raadhuis Vlaardinger-Ambacht
De gemeentebesturen van Vlaardinger-Ambacht en Babberspolder vergaderden van oudsher in de boerderij annex herberg ‘Emous’ aan de Vlaardingerweg (nu Emaus), in het centrum van het dorp. In 1862 kreeg het dorpsbestuur een eigen onderkomen aan de overzijde van de weg. Het oude raadhuisje werd in 1905 afgebroken om plaats te maken voor een nieuw raadhuis, ontworpen door de architecten De Clerq en Gratama.

In de herberg werd een melkfabriek gevestigd. Na afbraak daarvan in 1949 werd de gevelsteen met de voorstelling van de drie Emmaüsgangers overgeplaatst naar de gevel van het raadhuis, dat na de annexatie van Vlaardinger-Ambacht in 1941 zijn oorspronkelijke functie had verloren. Sinds 1948 is het Stadsarchief gehuisvest in dit pittoreske gebouwtje.

 

( zie onderaan een Prentbriefkaart van Vlaardinger-Ambacht.)

Agrarische gemeente
Van oudsher was Vlaardinger-Ambacht een gemeente van vooral veehouders en in later jaren wat tuinderijen. Voor veel voorzieningen waren de inwoners afhankelijk van de stad. Omgekeerd was Vlaardingen echter ook afhankelijk van Vlaardinger-Ambacht.

Toen in 1829 bijvoorbeeld niet meer in de kerk mocht worden begraven en de stad binnen de bebouwde kom geen plaats had voor een begraafplaats, week men uit naar de buurgemeente Zouteveen. Na de samenvoeging in 1855 kwam de begraafplaats aan het Emaus op het grondgebied van Vlaardinger-Ambacht te liggen.


Wilhem van Ruytenburch

Eén van de bekendste ambachtsheren was Wilhem van Ruytenburch. Hij was ambachtsheer van Vlaardingen en Vlaardinger-Ambacht van 1627 tot 1652. Zijn bekendheid dankt hij voornamelijk aan het feit dat hij luitenant was van kapitein Frans Banninck Cocq en als zodanig staat afgebeeld op ‘De Nachtwacht’ van Rembrandt (de opvallende 'man in het geel').

Zie onderaan een afbeelding van De Nachtwacht (1642). Olieverf op doek. Rijksmuseum Amsterdam.

 

Van Leyden
De ambachtsheerlijkheid Vlaardingen en Vlaardinger-Ambacht zou nog tot 1726 in het bezit blijven van het geslacht Van Ruytenburch, waarna ze overging naar het geslacht Van Leyden. In 1795, ten tijde van de Bataafse Republiek, werden de rechten van de ambachtsheren afgeschaft. Na de omwenteling in 1813 en de daarmee gewijzigde politieke verhoudingen werden de heerlijke rechten weer hersteld.

 

  Straatje in v.m. Vlaardinger-Ambacht                                           Oude Raadhuis, thans archief                   Wilhelm van Ruytenburgh                                                                                                                       van de gemeente Vlaardingen                          (figuur in het geel)